b'|De beginfase 1826 - 1912De inrichting van de pandhof van de OLV Abdij werd door de monialenDrie typen van een omsloten tuinlange tijd hetzelfde gehouden. Fotos uit 1915 en 1953 tonen aan dat het basisontwerp in stand was gebleven. Kloostertuinen zijn ruimtes waarbij door de ommuring buiten binnen is. Conform de Regel van Benedictus is een klooster idealiter zo ingericht dat alles wat nodig is zich binnen de muren bevindt, zodat de monniken of slotzusters niet buiten het klooster hoeven rond te zwerven want dat is volstrekt niet goed voor hun zielen. De ommuring staat symbool voor de concentratie op een leven dat gericht is op het zoeken van God en het werken in dienst van God.Rob Aben en Saskia de Wit onderscheiden in hun standaardwerk De omsloten tuin, vanuit ontwerpstandpunt drie typen van omsloten tuinen: de hortus ludi, de hortus catalogi en de hortus contemplationis.1 De hortus ludi staat voor de lusthof zoals die bijvoorbeeld bij kastelen en paleizen werd aangelegd.De hortus catalogi staat voor de geometrische tuin waarin plan-ten op basis van classificatie geordend zijn door de gegoede burgerij.De hortus contemplationis staat voor de kloostertuin, en meer specifiek voor de pandhof in de kloostertuin.De hortus contemplationis omschrijven de auteurs als: de tuin van de beschouwing, waarin de hirarchie van het Universum met God als middel-punt wordt verbeeld. Rondom deze tuin, een door een galerij omgeven ruimte met de hemel als plafond, wordt het klooster georganiseerd. De hortus contemplationis is afgesloten van de onvolmaakte natuur en nodigt uit tot een zoektocht naar de onzichtbare, onderliggende schoonheid, de volmaakte natuur zoals die (door God) bedoeld was. Het is een weerspiegeling van deze goddelijke orde: een ruimtelijk afgeronde eenheid met harmonische verhoudingen en sym-bolische verwijzingen 1Aben, R. (1998). De omsloten tuin. Rotterdam, Uitgeverij 010.Pandhof met bron en op de gevel nog de oude klokkentoren uit 190836'